Safrijn keek doordringend in de 2 kleine, bruin-oranje ogen van de pup die ze had besprongen. Het was nooit slim om haar zoiets te flikken. Echter had ze niet doorgehad dat het een pup was. Safrijn trok haar oren naar achteren en stapte poot voor poot van de pup af. Nog steeds hield ze hem in de gaten. Haar blik strak op hem gericht. Ze had hem dan wel losgelaten, maar hij zou er nu niet mee weg komen. Nee, Safrijn zou nog wel iets bedenken.
"Niet erg slim van je." zei haar ijskoude stem hem. Haar blik verstrakte met het moment. Ze liep weer terug dichterbij de pup en keek naar beneden om zijn ogen te ontmoeten.
"Wat moest je eigenlijk van me? Waarom volgde je me? Wat wil je?" zei haar duistere stem, weer ijskoud. Het waren eerder zinnen die ze uitsprak dan echte vragen, maar waarom zou ze genadig zijn tegenover dit wolfje? Omdat het een pup was? Pups werden groot, dus dit was een rpima moment om hem eens een wijze les te leren.
Safrijn trok haar bovenlip op en gromde nog eens naar hem. Hij kon het natuurlijk nog goed maken, want het was nooit te laat om iets terug te doen, maar het zou hem niet zo 1,2,3 lukken en het was al helemaal de vraag óf het hem lukte.
Met haar oren achterin haar nek hield ze de pup strak in de gaten. Wat moest hij hier en waarom was hij zo onverstandig. Ze wist toch echt dat de eerste keer dat hij haar zag, ze al een waarschuwing op zich was geweest. En dan gewoon niet weggaan?
[Geeft niet, ik heb nog inspi]